Selecteer de taal

loesje grammaticaWe kunnen niet mét en niet zónder grammatica... de meeste mensen hebben er een haat-liefdeverhouding mee. Als je een nieuwe taal wilt leren is het handig te weten hoe de systematiek ervan in elkaar steekt en als je begrijpt hoe en waar die afwijkt van de andere talen die je beheerst, kun je daarmee je voordeel doen. Maar voor veel mensen betekent de grammatica droge kost, en zijn ze het liever kwijt dan rijk.

De Portugese taal is een taal die redelijk goed in regels is te vangen. De grammatica is niet makkelijk maar wel logisch en als je een talent (of een voorliefde) hebt voor het ontdekken van de logica en als je goed systemen kunt doorgronden en toepassen, dan zal je je die taal best snel eigen maken.

Voor mij is het inmiddels natuurlijk in de ogen van veel mensen "makkelijk spreken", maar ook ik heb de Portugese taal pas geleerd toen ik al volwassen was en ook ik heb mijn toevlucht moeten nemen tot taallessen en grammaticaboeken om het gebruik van bijvoorbeeld al die werkwoordtijden goed te kunnen doorgronden. Maar ik vond - en vind nog altijd – het ontdekken van de structuur en de logica een van de interessantste aspecten aan het leren van een taal in het algemeen.

verbogen infinitief

Een van de Portugese werkwoordtijden die mij bijzonder boeit is het verbogen infinitief – dat is het gebruik van een onvervoegd (= infiniet) werkwoord, dat je dan toch met specifieke verbuigingen aan een persoon kunt verbinden. Voor zover ik weet kent alleen de Portugese taal een verbogen infinitief (ik heb wel referenties aan het Oud-Welsh gevonden waarin blijkbaar een soortgelijk fenomeen voorkomt) en het gebruik ervan brengt een hele nieuwe nuance in een boodschap, zonder al teveel kunstgrepen te hoeven toepassen. Met behulp van het verbogen infinitief kun je een onpersoonlijke zin opeens toch beperken tot een onderwerp.

onpersoonlijke uitdrukking

Dat geldt bijvoorbeeld voor zinnen die worden ingeleid met onpersoonlijke uitdrukkingen als: "é preciso", "é bom" maar ook na het voorzetsel para of sem en até (en dat dan zonder ... que) kan het heel goed worden gebruikt. Verder wordt deze tijd ook toegepast na de werkwoorden dizer en pedir, gevolgd door para.

Kijk maar eens naar deze zinnen: Elas sabem que é preciso estudar para passar no exame / Elas sabem que é preciso estudarem para passar. Elas sabem que é preciso estudarmos para passar
Het onderstreepte estudar(em/mos) is in alle gevallen de infinitiefvorm van het werkwoord studeren, maar in de 2e en 3e zin schikt het zich naar een specifiek onderwerp: zij/wij.

Of: O teu vizinho disse para comer/comeres/comermos mais legumes; De verbuiging van de infinitief geeft duidelijk aan wie er meer groente zou moeten eten.

Hetzelfde geldt voor deze zin: Toma um dicionário para aprender / aprenderes mais palavras.

ander onderwerp

Je kunt met dit verbogen infinitief dus "zomaar" een ander onderwerp in de aanvankelijk onpersoonlijke zin introduceren. In een vertaling moet die informatie met veel meer omhaal worden omgezet en het kan natuurlijk niet met een infinitiefvorm worden afgedaan, want die kan immers in het Nederlands niet aan een persoon worden verbonden!

Bovenstaande is uiteraard slechts een heel beknopte uitleg van dit interessante fenomeen. Als u meer wilt weten kunt u een goede Portugese grammatica raadplegen.

fokke en sukke grammatica